Händlerlinks
“De lichtkwaliteit is tenslotte de filter waardoor we de wereld zien.”
Nadenken over helderheid en helder denken: wie bouwt, moet beide kunnen. Acht vragen aan Wolfgang Ott van Ott Architekten in Duitsland.
“De lichtkwaliteit is tenslotte de filter waardoor we de wereld zien.”
“De lichtkwaliteit is tenslotte de filter waardoor we de wereld zien.”
F_03 Het Finstral Magazine
Framing Light: 164 pagina’s met gesprekken, essays en meningen over thema’s rond architectuur in al haar facetten.
De Zuid-Tiroolse raamfabrikant Finstral streeft naar dialoog, brengt gesprekken op gang en bespreekt relevante thema’s rond architectuur in al haar facetten. Voor de derde editie van het Finstral Magazine F_03 stelden we acht vragen aan architecten uit heel Europa. Lees hier de antwoorden van Wolfgang Ott.

1. Hoe denkt u als architect over licht?
Wolfgang Ott: Optische waarnemingen zijn onze belangrijkste zintuigelijke indrukken. De manier waarop we onze omgeving zien, heeft een grote impact op ons welzijn. De lichtkwaliteit is tenslotte de filter waardoor we de wereld somber of eerder rooskleurig zien. Een ruimschoots onderschat fenomeen.

2. Hoe verwerkt u daglicht in uw ontwerpen?
Hoe meer tijd we doorbrengen voor een scherm, hoe belangrijker de zintuiglijke beleving van de dag en de seizoenen wordt. Daarom opteren wij doorgaans voor een hoog lichtrendement met grote glasoppervlakken. Afhankelijk van de oriëntatie van een ruimte en de kwaliteit van de buitenruimten regelen we de lichtinval vaak met een tweede laag. Daardoor ontstaat dan een interessant licht- en schaduwspel, geïnspireerd op de klassieke Arabische architectuur.

3. Hoe gebruikt u het raam als architecturaal middel voor de vormgeving?
Het raam zoals we dat vroeger kenden, is in grote gebouwencomplexen helaas vaak overbodig geworden. Het licht komt er binnen door de vaste beglazing en de lucht via een ventilatiesysteem. Daarnaast is het raam de eenvoudigste manier om essentiële functies op een sympathieke manier met elkaar te verbinden: licht, lucht, buitenkant. De vrije opstelling in de meest verschillende formaten blijft een van de belangrijkste manieren om de gevel vorm te geven.

4. Welk (bekend) bestaand gebouw zou u graag een nieuwe bestemming geven of uitbreiden?
Het 'Berliner Stadschloss'. Dat paleis is een visionaire faillissementsverklaring en een uiting van de Duitse moedeloosheid. Maatregelen: alle barokplagiaat verwijderen en de geroofde kunst eruit gooien. Daarna blijft er alleen nog een ruw omhulsel van gewapend beton over, met een zee van ruimte voor hedendaagse cultuur.

5. Bouwen is een wirwar van ontelbare richtlijnen en deels verouderde procedures: wat zou u veranderen? En hoe?
De regelgeving moet gehalveerd worden, de instanties moeten meer digitaal werken en architecten moeten niet alleen meer aansprakelijkheid op zich nemen, maar ook weer meer beslissingsbevoegdheid krijgen. Gebouwen en planningsprocessen moeten hoognodig vereenvoudigd worden. Dat is een verstrekkend maatschappelijk probleem waarvoor ik helaas geen oplossing zie.

6. Architectuur is gebouwde realiteit. Welke maatschappelijke en politieke verantwoordelijkheid hebben architecten vandaag de dag?
Als ze die noghebben, dan nog maar in heel beperkte mate. Het ontbreekt niet aan uitstekende mensen met goede ontwerpen. Maar wie luistert er naar hen? De politiek is met zichzelf bezig, de economie is uit op winst en de instanties willen vooral geen fouten maken. De architect als universele verdediger van de menselijke behoeften heeft het zeker op geen enkel moment gemakkelijk gehad. Het verlies van bevoegdheden dezer dagen – wat we 'begeleide planning' noemen – gaat echter voorbij aan de vereisten van in hun totaliteit uitgedachte leefruimten.

7. Met wie zou u graag een gesprek (over architectuur) voeren, en waarover?
Tijdens een architectuursymposium in München enkele jaren geleden, heeft Julian Nida-Rümelin een grote indruk op mij nagelaten. Ik ben ervan overtuigd dat de betekenis van gebouwde leefruimten in eerste instantie een filosofische kwestie is en besproken moet worden met mensen uit dit vak.

8. Met welke stelling zou u dat gesprek openen?
"What if architecture could change the world?“ Dat staat op een T-shirt dat ik kocht in het Architectuurcentrum in Kopenhagen.

Ulrike Seeger en Wolfgang Ott leerden elkaar kennen bij Behnisch & Partner in Stuttgart. Eind jaren 90 richtten ze in Augsburg Ott Architekten op. Sinds 2013 neemt Peter Greggenhoger als partner de bedrijfsleiding voor zijn rekening. In een voormalig danscafé uit de jaren 20 ontwerpt en bouwt het team van 15 mensen voornamelijk commerciële en administratieve gebouwen voor de veeleisende middenklasse. Het doel: de merkidentiteit in de ruimtebeleving verwerken.
Portret Wolfgang Ott: © Raissa Axmann
ottarchitekten.com


Ontdek meer antwoorden van architecten uit heel Europa:
finstral.com/framinglight
“De lichtkwaliteit is tenslotte de filter waardoor we de wereld zien.”
“De lichtkwaliteit is tenslotte de filter waardoor we de wereld zien.”
“De lichtkwaliteit is tenslotte de filter waardoor we de wereld zien.”
F_03 Het Finstral Magazine
Framing Light: 164 pagina’s met gesprekken, essays en meningen over thema’s rond architectuur in al haar facetten.
Nog niet genoeg?
Meer interessante dingen om te lezen vindt u hier.
Framing Light.
Framing Light.
Framing Light.
Nadenken over helderheid en helder denken: wie bouwt, moet beide kunnen. Acht vragen aan architecten uit heel Europa.
“Architectuur is een belofte.”
“Architectuur is een belofte.”
Nadenken over helderheid en helder denken: wie bouwt, moet beide kunnen. Acht vragen aan Marco Colletti van Studio Marco Piva in Italië.
“Ramen voor de Piramide van Cheops.”
“Ramen voor de Piramide van Cheops.”
“Ramen voor de Piramide van Cheops.”
Nadenken over helderheid en helder denken: wie bouwt, moet beide kunnen. Acht vragen aan Lukas Rungger van noa* network of architecture in Zuid-Tirol.
 
PageConfig.OriginalHttpReferrer: https://finstral.com/fl/magazine/de-lichtkwaliteit-is-tenslotte-de-filter-waardoor-we-de-wereld-zien/20-4369.html
PageConfig.OriginalQueryString: