De Zuid-Tiroolse raamfabrikant Finstral streeft naar dialoog, brengt gesprekken op gang en bespreekt relevante thema’s rond architectuur in al haar facetten. Voor de derde editie van het Finstral Magazine F_03 stelden we acht vragen aan architecten uit heel Europa. Lees hier de antwoorden van Benedict Esche.
1. Hoe denkt u als architect over licht?Benedict Esche: Bij licht en hoop in combinatie met bouwen gaat het niet om grootse dingen, om nieuwe musea, opvangcentra of kerken. Het begint heel klein en heel eenvoudig. Want licht en hoop zijn alomtegenwoordig in de architectuur. In de woorden van Bauhaus-stichter Walter Gropius: als het gaat over licht, spreken we allemaal dezelfde taal. Ambachtslui, bouwheren en bewoners kunnen de sfeer meteen vatten. In lichte, hoge ruimtes We voelen ons goed, zijn beweeglijk en alert.
2. Hoe verwerkt u daglicht in uw ontwerpen? We proberen om bij elk bouwproject een uniek verhaal te vertellen. Het gaat daarbij om ervaringen en ook om eigen belevenissen en ideeën van bouwheren en bewoners – maar ook van de buurt. Het is niet de bedoeling om glas in overvloed te gebruiken, maar om heel gericht en met focus op de tuin voor een mooi uitzicht te zorgen - op de natuur of een stad. Het doel is om door de slimme positionering van openingen meer echte bruikbare oppervlakte te scheppen. Om een oriëntatiepunt te creëren. Door te focussen op een idee, een gedachte, de essentie dus, kan de keuze van openingen en ramen niet meer gezien worden als versiering of een spel, maar wel als iets zinvols. Ze horen daar thuis. Zo worden veel dingen gemakkelijker.
3. Hoe gebruikt u het raam als architecturaal middel voor de vormgeving?Openingen creëren zones en stemmingen van erg uiteenlopende rangorde. Een kleine opening in het dak laat licht binnen of kan in de gevel een bepaald uitzicht framen. Een grote opening zorgt voor een oriëntatiepunt en vormt een overgang tussen binnen en buiten. Op die manier ontstaan netwerken in de communicatie en de processen.
4. Welk (bekend) bestaand gebouw zou u graag een nieuwe bestemming geven of uitbreiden? De vervallen en sterk beschadigde beschermingswal van de Isar in München is een van de grootste samenhangende bouwwerken in Beieren. Helaas wordt het potentieel van de Isarwal nauwelijks benut. Er zijn geen zones om te gaan zitten, geen plekken om te ontspannen. Geen plaatsen voor kunst en cultuur of tearooms. Precies hier zou ik graag met vele kleine herstellingen en ingrepen zones creëren en München maken tot wat het is: een stad aan de rivier.
5. Bouwen is een wirwar van ontelbare richtlijnen en deels verouderde procedures: wat zou u veranderen? En hoe?Bouwen moet ook eindelijk digitaal gebeuren. Waarom kwellen we ons vandaag nog met tijdrovende, milieuvervuilende en eindeloze plattegronden en prints op bouwplaatsen en in overheidsinstellingen, hoewel we die allang digitaal kunnen versturen naar elke arbeider en instelling? En hoewel we de uitvoering met digitale meetapparatuur zelfs bijna in real time kunnen controleren. De prefabricatie, het verloop en de verwezenlijking zelf zijn gedeeltelijk inefficiënt en duur geworden door eindeloze, steeds terugkerende bouwvergaderingen. De structuren van bureaus en gebouwen zijn nog altijd groot en complex, waardoor het nodig is om voortdurend gedetailleerde afspraken te maken. Het zou echter een stuk eenvoudiger kunnen.
6. Architectuur is gebouwde realiteit. Welke maatschappelijke en politieke verantwoordelijkheid hebben architecten vandaag de dag?
Meer dan ooit tevoren. De kloof tussen arm en rijk groeit. De financiering van je eigen woning is de grootste investering die een mens in zijn leven doet. Je legt alles wat je hebt bij elkaar en maakt schulden die je soms niet eens kan terugbetalen tijdens je leven, om jezelf en je gezin een thuis te geven. Een plaats die veilig is, die een gevoel van geborgenheid geeft en voor meerdere generaties kan en moet dienen. Bouwen is altijd een investering in de toekomst, ook op ecologisch vlak. Het gaat om duurzaamheid en onafhankelijkheid. Het gaat erom een plek te maken die een verhaal vertelt. Groot of klein. Wij architecten moeten onze trots aan de kant zetten en weer meer bouwen mét mensen in plaats van enkel vóór hen. Alleen zo kunnen we tot een nieuwe architectuur komen.
7. Met wie zou u graag een gesprek (over architectuur) voeren, en waarover?Met de voorzitster van de Europese Commissie, Ursula von der Leyen, over het thema Europees Bauhaus om precies dat te stimuleren, ook met de focus op gezond bouwen. Hoe kan je eigenlijk gezond bouwen? Over welke mogelijkheden beschikken we in de ontwikkeling en personalisering van bouwonderdelen? Hoe kunnen we nieuwe wooncomplexen en woonvormen met woningen van verschillende grootte ook ontwikkelen voor burgers met een laag inkomen, en daarbij een goede en mooie thuis voor hen maken die duurzaam, milieuvriendelijk, gezond, veilig, gestructureerd, verbonden en vooral ook betaalbaar is?
8. Met welke stelling zou u dat gesprek openen?Het Bauhaus was een jonge beweging. Het behoorde steeds tot de avant-garde en gaf ons een nieuwe kijk op design en architectuur. Een nieuw Europees Bauhaus, dat verder gaat dan enkel frasen over duurzaamheid en een echte meerwaarde biedt voor de samenleving, kunnen we alleen ontwikkelen als we de jonge generatie een kans geven en architectuur, normen en standaarden anders beoordelen, anders beschouwen en dus ook anders ontwikkelen. De digitalisering en verbinding van onze samenleving kunnen een echte nieuwe vorm van bouwen teweegbrengen. We moeten alleen de moed hebben om dat te laten gebeuren.
Ze begonnen in 2015 met z’n drieën. Vandaag telt het team van Kollektiv A negen mensen. A staat voor architectuur en Kollektiv voor een bijzondere vorm van samenwerking. Het eerste gezamenlijke project was de verbouwing van een boerderij in 2014. Twee jaar later was Kollektiv A al van de partij op de architectuurbiënnale in Venetië. Daar werden projecten uit München tentoongesteld waarbij ze samen met vluchtelingen en arbeiders sociale woningen, evenementenhallen, ontmoetingsplaatsen, ateliers en een kinderdagverblijf bouwden. Benedict Esche is een van de oprichters van Kollektiv A. Sinds 2019 heeft hij een leeropdracht voor architecturale strategieën aan de Academie voor Beeldende Kunsten in München. Hij is lid van de ‘Junge Akademie’ aan de Academie voor Wetenschappen van Berlijn-Brandenburg/Duitse Academie voor Natuurwetenschappers Leopoldina.
Portret Benedict Esche: © Kollektiv A
kollektiv-a.deOntdek meer antwoorden van architecten uit heel Europa:
finstral.com/framinglight